Deze zoon van een beeldhouwer bleek al heel snel een begaafd tekenaar te zijn maar met discipline nam hij het niet zo nauw. Hij had het niet bepaald voor meesters en ging in de leerschool met Charles Van der Stappen en Jef Lambeaux, waarna hij naar Italië en Frankrijk trok.
Zijn monument voor Gabrielle Petit (1923) op het Sint-Jansplein te Brussel, was één van de eerste standbeelden waarbij vrouwen als individu werden afgebeeld en niet louter als representatie-instrument (Catherine Leclerq, Les statues et monuments de Bruxelles après 1914, in P. Derom, dir., Les sculptures de Bruxelles, Pandora, Anvers, 2000). Als leraar aan de Brusselse academie maakte hij borstbeelden van talrijke personaliteiten zoals Leopold III, kardinaal Mercier en eerste ministers Paul Janson et Henri Jaspar.
Voor het stadhuis maakte hij een Cérèsbeeld, dat een en al verfijning en elegantie uitstraalt te midden van een imposante schouw in de Cérèszaal. Hij was lid van de ‘Académie royale de Belgique’.